Aan de Boonackers in Emmen. Het “pokkelsoez’n” heeft plaats gemaakt voor enig optimisme. Na 2 vluchten 2 keer de eerste in de club. Nu zegt dit natuurlijk niet alles. Onder de noemer “de vluchten beginnen nog” weet ik maar al te goed dat de eerste vluchten niet veel zeggen over de kwaliteit van een duif. Zo hadden bijna alle liefhebbers zaterdag wel last van duiven die maar bleven vliegen. Dat was ook bij mij het geval. Als je dan net niet eerste bent kun je moeilijk zeggen, “de eerste verspeeld doordat ze niet binnen liepen”. Je weet namelijk niet wat bij een ander gebeurd is. Ik had 2 duiven tegelijk. Beide kleinkinderen van de Belg 96. Opvallend is dat een van deze beide de nestmaat is van de duif die op Kalkar de eerste pakte. Dit duivinnetje komt dus ook uit de “30-euroduif”. Daar heb ik dus nu al 6 eerste prijswinnaars uit gekweekt. Dan kun je van geluk al niet meer spreken denk ik. Wat nog meer tot tevredenheid stemt is het feit dat alle duiven weer terug waren op zaterdag. Dat is door de loop der jaren wel eens minder geweest. Misschien dit jaar wel een goede lichting. Wie zal het zeggen.
Pech.
Afgelopen zaterdag de nationale vlucht. Voor Nederland vaak een spek en bonen vlucht. Door de overvlucht meest kansloos. Ik zag in Zeeland afstanden van nog geen 500 kilometer terwijl in Noord Nederland de afstanden gemiddeld 750 kilometer bedragen. Nu wil het met een harde Zuidwesten wind nog wel eens gunstig uitpakken. Die hadden we zaterdag maar doordat het daarnaast ook nog beestenweer was kon je een totaaloverwinning wel op je buik schrijven. Het was een wel hele grote bui die roet in het eten gooide. Eens soort van Mission Impossible. Maar ook hier heb je winnaars. De oude duiven zitten nu allemaal op eieren. Die gaan weg natuurlijk. Voor zaterdag lijkt het niet al te best te worden. Maar, het is nog maar donderdag.